Duurzaam beleggen en ESG

Binnen de wereld van beleggen neemt de term duurzaamheid een steeds belangrijkere plaats in. Niet alleen het absolute rendement telt, maar ook de manier waarop dit rendement behaald wordt. Consumenten, werknemers, maar ook regelgevende instanties kijken steeds kritischer naar de manier waarop bedrijven omgaan met duurzaamheid.

Om dit concreet te kunnen maken zijn er diverse duurzaamheidsaspecten bepaald op basis waarvan bedrijven beoordeeld kunnen worden. Dit wordt de ESG-rating genoemd.

ESG

Environmental, Social en Governance staan voor Milieu, Maatschappij en Bestuur.

Onder Milieu scharen we zaken als CO2 uitstoot, klimaatverandering, afvalverwerking en verantwoord verbruik van grondstoffen. Bij Maatschappij denken we aan arbeidsomstandigheden, kinderarbeid en toegang tot betaalbare zorg. Bestuur staat voor onder andere beloningsbeleid, diversiteit en voldoen aan accountancystandaarden.

Voor al deze zaken kan men punten scoren. Er zijn steeds meer beleggingsfondsen die enkel en alleen bedrijven opnemen die hoog scoren met een ESG-rating. Daar staat tegenover dat bedrijven die actief zijn binnen de gok- en tabaksindustrie, wapenhandel of adult entertainment actief geweerd worden. Daar valt exploratie en exploitatie van fossiele brandstof ook steeds meer onder.

Noesis en duurzaam beleggen

Algemeen: beleggingsbeleid niet specifiek gericht op duurzame beleggingen, wel oog voor ESG-principes

Voor steeds meer beleggers is duurzaam beleggen een relevant onderdeel van vermogensbeheer geworden. Noesis is evenwel van mening dat de intrinsieke financiële overweging hieraan niet volledig ondergeschikt mag worden.

Het algemene beleggingsbeleid van Noesis is niet specifiek gericht op financiële producten die duurzaam beleggen ten doel hebben, de zogeheten impact beleggingen ofwel “donkergroene” beleggingen. Daarnaast richt Noesis zich niet persé op financiële producten met duurzame kenmerken ofwel “lichtgroene beleggingen”, aangezien de duurzaamheidsrisico’s en de effecten daarvan op de financiële resultaten van de beleggingen vaak moeilijk zijn in te schatten. Wanneer deze negatieve effecten in de toekomst wel aantoonbaar zouden kunnen worden gekwantificeerd, wordt ernaar gestreefd deze mee te nemen in de besluitvorming. Voorts worden mogelijke ongunstige effecten van beleggingsbeslissingen op duurzaamheidsfactoren niet expliciet in het besluitvormingsproces meegenomen, aangezien deze niet goed meetbaar zijn. De door Noesis ingerichte beleggingsportefeuilles mogen daarom niet worden beschouwd als (volledig) milieuvriendelijke of duurzame portefeuilles. Noesis is een ESG-neutrale vermogensbeheerder en doet niet aan “greenwashing”.

Duurzaamheidsmeting individuele bedrijven en beleggingsfondsen

Bij de selectie van individuele bedrijven en beleggingsfondsen, waaronder index trackers, in de portefeuilles van cliënten kan duurzaamheid in de vorm van de ESG-rating één van de selectiecriteria zijn. Voor het bepalen van de ESG-rating maakt Noesis gebruik van erkende externe en onafhankelijke leveranciers van fondsresearch- en analyse.

Voor individuele bedrijven is de ESG-rating van Financiële Diensten Amsterdam (FDA) relevant. Desbetreffende bedrijven worden beoordeeld op de wijze waarop wordt omgegaan met ESG-factoren. De duurzaamheidsrisico’s op het gebied van ESG worden daarbij vanuit verschillende invalshoeken bekeken, waarbij twintig aspecten door FDA worden onderscheiden en waaraan scores worden toegekend. Er wordt vervolgens een duurzaamheidsmatrix opgesteld om de duurzaamheidsprestaties van een bedrijf te kwantificeren, zodat de leidende en achterblijvende bedrijven in en binnen bedrijfstakken kunnen worden geïdentificeerd. De analyse is gebaseerd op openbaar beschikbare informatie, zoals bedrijfsverklaringen, publicaties van niet-overheidsinstellingen en specifieke focusgroepen.

Voor beleggingsfondsen, inclusief index trackers, wordt gebruik gemaakt van de duurzaamheidsanalyse door Alpha Research en Sustainalytics, welke laatste op de website van Morningstar wordt gepubliceerd. Alpha Research classificeert de beleggingsfondsen naar “grijs”, “lichtgroen” en “donkergroen”. Sustainalytics hanteert een ESG-rating in termen van één tot vijf zogeheten “globes”.

Toelichting op verschillen tussen soorten (duurzame) beleggingen

In termen van mate van duurzaamheid zijn er verschillende soorten financiële instrumenten:

  1. Financiële instrumenten die (geheel of gedeeltelijk) duurzame beleggingen nastreven in economische activiteiten die kwalificeren als ‘ecologisch duurzaam’. Met name de E (Environmental ofwel milieu) van de ESG principes is hier van belang. Hieronder vallen kort samengevat alle activiteiten die bijdragen aan het beperken van klimaatverandering en/of aan klimaatadaptatie. Te denken valt o.a. aan watermanagement, opwekken en gebruik van groene energie, stikstofreductie, CO2-reductie en circulaire economie.
  2. Financiële instrumenten die als duurzame belegging kunnen worden beschouwd. Alle ESG-principes zijn in dit verband relevant: Environmental(milieu), Social (sociaal beleid) en Governance (goed ondernemingsbestuur). Een duurzame belegging is:
    1. een belegging in een economische activiteit die bijdraagt aan het bereiken van een milieudoelstelling (E), zoals gemeten aan de hand van bijvoorbeeld belangrijke hulpbronnenefficiëntie-indicatoren voor het gebruik van energie, hernieuwbare energie, grondstoffen, water en land, voor de productie van afval, en broeikasgasemissies, en voor het effect op de biodiversiteit en de circulaire economie, of
    2. een belegging in een economische activiteit die bijdraagt aan de verwezenlijking van een sociale doelstelling (S), met name een belegging die bijdraagt aan de aanpak van ongelijkheid, of die de sociale samenhang, de sociale integratie en de arbeidsverhoudingen bevordert, of
    3. een belegging in menselijk kapitaal of in economisch of sociaal achtergestelde gemeenschappen, mits deze beleggingen geen ernstige afbreuk doen aan die doelstellingen en de ondernemingen waarin is belegd praktijken op het gebied van goed bestuur volgen (G), met name wat betreft goede managementstructuren, betrekkingen met hun werknemers, beloning van het betrokken personeel en naleving van de belastingwetgeving.
  3. Financiële instrumenten die rekening houden met de belangrijkste ‘ongunstige effecten op duurzaamheidsfactoren’. Deze belangrijkste ongunstige effecten kunnen zich op verschillende terreinen voordoen, bijvoorbeeld ten aanzien van het milieu, de maatschappij, werkgelegenheid, mensenrechten, corruptie en omkoping. Dit kan onder meer betekenen dat beleggingen in bepaalde sectoren worden uitgesloten omdat de ongunstige effecten op duurzaamheidsfactoren te groot worden geacht.
  4. Financiële instrumenten zonder bovengenoemde specifieke kenmerken, die daardoor niet in aanmerking komen om te worden aanbevolen aan (potentiële) relaties die individuele duurzaamheidsvoorkeuren hebben. Aangezien Noesis zoals gezegd een ESG-neutrale vermogensbeheerder is, is het beleggingsbeleid niet specifiek gericht op de selectie van de hierboven genoemde duurzame beleggingen.